Luwten

Feist, St. Vincent, Sufjan Stevens, Sigur Rós

Luwten is het nieuwe project van zangeres, muzikant en liedjesschrijfster Tessa Douwstra. De nauwlettende muziekliefhebber kent Douwstra nog van Wooden Saints en Orlando, maar met Luwten gaat ze op alle fronten verder de diepte in. Twee jaar lang werkte Douwstra met multi-instrumentalist extraordinaire Frank Wienk (BINKBEATS) aan spaarzame folktronica-liedjes vol met minutieuze details en onverwachte wendingen.

Denk aan de soepele, organisch klinkende producties van bijvoorbeeld Owen Pallett’s Heartland, Son Lux of Atoms For Peace, maar dan met Douwstra’s innemende persoonlijkheid, vernuft en gevoel voor humor als het kloppende hart. Naar eigen zeggen schrijft Luwten muziek die zich sterk maakt voor de verlegen mens. Met popmuziek die zoveel verbeeldingskracht uitstraalt komen we echter geen woorden tekort uit verlegenheid, maar uit pure verbazing.

The maxim for LUWTEN, Tessa Douwstra’s creative conduit, is a simple one: space is the place. Well, maybe not outer space specifically, but a space unburdened by the strain of ones surroundings. A place where only one thing truly matters: the desire to create something that didn’t exist yesterday.

LUWTEN’s music encapsulates that much-needed stroll around the block to clear your mind. A tranquil space to properly arrange perceptions of difference and similarity. Through her songs, Douwstra emboldens the shy person who musters the courage to withdraw. The person who’d rather consider all interactions, choices and dreams at his or her own desired pace.

On October 13, LUWTEN’s self-titled debut LP will see the light. During the album’s writing and recording process, Douwstra found a rewarding collaborator in percussionist and producer Frank Wienk (BINKBEATS). The album’s supple, meticulous compositions are the result of two full years of exploring sounds, feeling ones way in the dark and unfurling elemental, once-veiled emotions to their bare essence. Douwstra’s voice radiates like a human source of warmth amidst the music’s glacial, free-flowing machinery.